Woord­voering: Fonds ener­gie­tran­sitie

De heer Pechler (Partij voor de Dieren): Dank u, Voorzitter. Ik voer vandaag het woord namens mijn fractiegenoot Bart Hekkema die normaal over energie gaat, maar vandaag in Italië is. Het is iets met werkpaarden en luxepaarden. We vragen ons af of de inwoners die geen aanspraak weten te maken op het Nationaal Warmtefonds wel goed de weg naar de leningen van de gemeente weten te vinden. Kan de wethouder iets zeggen over de maatregelen die getroffen worden om een zo groot mogelijke groep te bereiken? Wij zijn wel gecharmeerd van die wijkgerichte aanpak in Selwerd Oost die wordt uitgebreid naar Vinkhuizen, waar men echt van deur tot deur gaat. Is het ook werkbaar om dit in de rest van de stad en in de dorpen van onze gemeente te introduceren?

De heer Pechler (Partij voor de Dieren): Dank u, Voorzitter. Het is mooi dat we als
gemeente Groningen leningen kunnen verstrekken aan mensen die niet in
aanmerking komen voor een lening van het Nationaal Warmtefonds. Dat we als
overheid dat vangnet hebben en zo iedereen de mogelijkheid geven om mee te
komen met de energietransitie. Het is jammer dat het gebruik van deze leningen wat
tegenvalt. We zijn dan ook blij met het ophogen van de maximale WOZ-waarde. Dit
betekent dat meer mensen geld kunnen lenen voor de verduurzaming van hun
woning, wat de energietransitie zal versnellen. Ook snappen en steunen we de
keuze om voortaan genoegen te nemen met ofwel energielabel B of minstens drie
labelsprongen. Een vraag aan de wethouder, zijn er nog slimme combinaties te
maken met huurders van corporatiewoningen? Zij zijn nu aangewezen op hun
corporatie - en we weten allemaal dat die prestatieafspraken, wat betreft de
verduurzaming, in ieder geval niet snel genoeg gaan - en kunnen dus niet individueel
verduurzamen en ook geen aanspraak maken op het Nationaal Warmtefonds. Voor
corporatiehuurders kan de energietransitie daarmee te langzaam gaan en blijft in
sommige gevallen energiearmoede, mede als gevolg van achterstallig onderhoud,
voortduren.
00:46:25
De heer Pechler (Partij voor de Dieren): Tot slot nog even over wat meneer Heiner
van de VVD net zei over die maximaal mogelijke besparing van 90 euro per jaar. Ik
vraag me af waar de heer Heiner dat vandaan haalt, want ik heb begin dit jaar voor
mijn schoonvader zijn 30 jaar oude vriezer vervangen. We hebben van tevoren de
stroom opgemeten die de vriezer verbruikte. Daar kun je een handig apparaatje voor
kopen, wat je in het stopcontact kunt doen. Het scheelt 500 kilowattuur per jaar, dus
dat is 200 euro per jaar, terwijl de nieuwe vriezer echt niet label A is. Als je kijkt naar
een oude vriezer van voor het systeem van de huidige energielabels voor
consumentenelektronica, dan zou die waarschijnlijk ergens rond de J of de Z zitten
en niet de huidige...


Voorzitter: Dank u wel voor deze informatie. U had al een vraag van de heer Van
Jaarsveld en daarna eentje van meneer Heiner. Eerst meneer Van Jaarsveld.


De heer Van Jaarsveld (CDA): Dank, Voorzitter. Ik hoorde de woordvoerder van de
Partij voor de Dieren net iets zeggen over huurders van corporatiewoningen. Begrijp
ik goed dat het voorstel is om te kijken of huurders kunnen gaan lenen om te
verduurzamen in een woning die niet van hen is? Ik bedoel met een lening voor
woningeigenaren. Is dat wat u net voorstelt?


Voorzitter: Als u meneer Heiner zo ook nog wil beantwoorden, moet u even met een
kort antwoord komen. Meneer Pechler.

De heer Pechler (Partij voor de Dieren): Nee, dat is niet wat wij voorstaan. Het gaat
om een slimme combinatie. Of dat via deze regeling gebeurt of via een andere
regeling maakt niet uit. In ieder geval dat niet alleen mensen met een koopwoning,
die krap bij kas zitten in een slecht geïsoleerde woning, gebruik kunnen maken van
services van de gemeente om een woning te verduurzamen, maar dat er ook
misschien met een revolverend fonds voor corporaties iets voor huurders mogelijk
wordt.


Voorzitter: Dank u wel. Meneer Heiner als laatste.


De heer Heiner (VVD): Voorzitter, het verbaast mij toch dat ik een soort van
aangevallen wordt op de berekening. Die heb ik niet zelf gedaan, dat heb ik ambtelijk
nagevraagd. Zij hebben een heel lijstje met allemaal dingen gegeven waar dat op
gebaseerd wordt en dat geeft daar antwoord op. Volgens mij gaan we heel vaak uit
van ambtelijk adviezen, dus is het niet heel raar dat ik dat aanhaal als bron. Vindt u
dat wel?

Voorzitter: Meneer Pechler.

De heer Pechler (Partij voor de Dieren): Nee, maar dan ben ik benieuwd naar die
berekening van de ambtenaren. Die zal ik zelf ook opvragen, want de 'opgemeten
werkelijkheid' in dit geval leert dat het ook makkelijk twee keer zoveel kan zijn.

Voorzitter: Dat gaat u vast buiten de orde van deze vergadering uitwisselen, schat ik
zo in. Ik dank u wel voor de woordvoering. Althans, u had een punt gezet voor wat
betreft de woordvoering.