Woord­voering LHBTQIA+ monitor


11 januari 2023

Ja dank voorzitter. Allereerst fijn dat we hier nu in een meningsvormende sessie over spreken. De afgelopen keren was het tijdens het voorjaars- en begrotingsdebat, en dan sneeuwt het onderwerp toch een beetje onder en kan je het er niet zo uitgebreid over hebben als het thema verdient.

Zoals het agenderingsverzoek al liet zien, zijn wij, D66 en Student & Stad niet helemaal tevreden over de collegebrief die we hebben ontvangen naar aanleiding van onze aangenomen motie.

De wethouder is er net al op ingegaan, maar mijn fractie begrijpt nog steeds niet waarom in de brief de beperkte middelen van het diversiteitsbeleid aangedragen worden als reden tegen het onderzoek terwijl we juist, overigens in overleg met de wethouder, in het dictum van de aangenomen motie hebben genoemd dat eventuele kosten van dit onderzoek niet uit het diversiteitspotje moeten komen, maar uit de algemene reserve.

Daarnaast staan er een aantal aannames in de brief die niet gestaafd worden door relevant onderzoek. Bijvoorbeeld dat de situatie in Groningen mogelijk rooskleuriger zou zijn dan elders. Dat kan het college wel verwachten op basis van het inderdaad progressieve beleid dat hier is gevoerd, maar zonder een monitor of onderzoek naar de specifieke Groningse situatie, de acceptatie en veiligheid van de regenbooggemeenschap hier, kunnen we dat gewoon niet zeggen. Om die bewering op waarheid te kunnen schatten hebben we juist zo’n onderzoek nodig. Tegelijkertijd eindigt de collegebrief met de zinsnede dat het college verwacht dat het Groningse beeld “niet dermate af zal wijken” van de landelijke tendens. Dat kan natuurlijk niet allebei waar zijn - dat het én rooskleuriger is in Groningen, én dat we voldoen aan de landelijke tendens.

Die aannames zijn des te meer twijfelachtig omdat er verouderd onderzoek wordt aangedragen om ze te ondersteunen. Onderzoeken die stammen uit 2009, 2012 en 2017. Als er één onderwerp is dat constant in beweging is en waar informatie van 6 tot 14 jaar geleden niet meer relevant is, is het wel de acceptatie van lesbische, homo, biseksuele, transgender, queer, intersekse en aseksuele personen. In 2009 kende bijvoorbeeld 6 op 10 jongeren het begrip transgender niet, maar sindsdien zijn er ontzettend veel trans personen als zanger, realityster of politici in de media geweest en als influencers populair geworden op social media, dus is dat aantal hoogstwaarschijnlijk niet meer representatief voor de jongeren van nu.

Tevens was het tot en met 2014 in Nederland voor transgender personen verplicht om zich te laten steriliseren om hun geslachtsregistratie te kunnen aanpassen. Zo’n heftige ingreep vormde een drempel, en was er dus veel minder zicht op het aantal transgender personen in Nederland. Nu dat is veranderd en mensen sneller voor hun genderidentiteit durven uit te komen, is de groep trans en non-binaire personen toegenomen. Met deze toegenomen aandacht is er ook een tegenbeweging van transfobie en transhaat ontstaan. Neem bijvoorbeeld het manifest Gendertwijfel, waar mensen uit onderbuikgevoelens, angst en woede proberen om de nieuwe Transgenderwet tegen te houden, en daar met het uitstel van de wet in ieder geval deels in is geslaagd.

Dit is één voorbeeld dat aantoont waarom het zo belangrijk is dat beleid voor, over en met de LHBTQIA gemeenschap niet rust op aannames, vermoedens, verwachtingen en onderbuikgevoelens, maar op feiten en onderzoek.

Hoe zo’n onderzoek of monitor er vervolgens uit moet zien ligt natuurlijk niet vast. Mijn fractie lijkt het in ieder geval een goed idee om het Stadspanel onderzoek van 2012 in enige vorm te herhalen, door aan de deelnemers van de Stem van Groningen te vragen hoe zij zich als LHBTQIA’er geaccepteerd en veilig voelen, en aan de overige respondenten te vragen hoe zij tegenover de regenbooggemeenschap staan.

Daarnaast lijkt het ons goed om in gesprek te gaan met de belangenorganisaties zoals het COC, de Queer Pride en Ganymedes, en we zijn blij dat de wethouder dat al als voorkeursoptie noemde. Maar het is belangrijk om ook breder dan dat met mensen te spreken, omdat hun achterban niet de hele doelgroep vertegenwoordigt. Met een LHBTQIA monitor bedoelt mijn fractie dan ook nadrukkelijk niet een puur statistisch, kwantitatief onderzoek, maar juist ook diepgang met interviews en persoonlijke gesprekken: wat zou hen helpen? Waar lopen ze tegenaan? Zo kunnen we ons beleid voor de toekomst beter vormgeven. En daarmee bijvoorbeeld de aangifte- en meldingsbereidheid verhogen en de acceptatie en veiligheid van de regenbooggemeenschap verbeteren.

Interessant voor jou

Woordvoering: verbreding wijkvernieuwing en presentatie uitvoeringsprogramma’s 2023

Lees verder

Woordvoering: Routekaart Co2 neutraal

Lees verder

Help mee aan een beter Groningen!

    Word actief Doneer