Woord­voering; Omge­vings­pro­gramma

1e termijn de heer Hekkema (Partij voor de Dieren): Dank u wel, voorzitter. Wij zijn benieuwd hoe de wijkenergieplannen een plek krijgen in het participatieproces, met name over het aanwijsbesluit.

2e termijn:

de heer Hekkema (Partij voor de Dieren): Dank u wel, voorzitter. Ook de Partij voor de Dieren kan zich in grote lijnen vinden in de collegebrief. Het is mooi om te zien hoe het college de regie neemt in de warmtetransitie. Het is ook mooi om te zien hoe 7 in het Omgevingsprogramma Warmte wordt ingezet om wijken en dorpen aardgasvrij te maken. We hebben een aantal toevoegingen. Bij de uitgangspunten, als het gaat om het aanwijsbesluit wat al een aantal keer voorbij is gekomen, denk mijn partij dat het heel belangrijk is om de energiecoöperaties en warmtegemeenschappen daarin mee te nemen. Het zijn juist de initiatieven van onderop die de warmtetransitie vorm kunnen geven met veel kennis en ervaring. Dat zijn geen initiatieven die bijvoorbeeld één of twee woningen verduurzamen, maar vaak voor hele wijken, buurten, straten en zelfs soms zelfs dorpen plannen hebben. Mijn fractie denkt ook dat het belangrijk is om in de participatie zoals die beschreven is in de collegebrief extra aandacht te besteden aan het meenemen van deze lokale energie- en warmtegemeenschappen en heel duidelijk een rol te geven in het Omgevingsprogramma Warmte. We gaan steeds voor vijf jaar een omgevingsprogramma vaststellen. Als we de lokale energiegemeenschappen en warmtegemeenschappen daar een volwaardige rol in geven, denk ik dat dat ook een vliegwiel gaat zijn voor de verdere verduurzaming van onze gebouwde omgeving. 

Voorzitter: U heeft een interruptie van Student en Stad. 

de heer Van Schagen (Student en Stad): De Partij voor de Dieren geeft aan dat we de verschillende partijen goed moeten meenemen in het participatieplan. Is de Partij voor de Dieren het met mij eens dat we jongeren goed moeten meenemen omdat zij het langst moeten leven met het beleid wat we hier maken? Aangezien het vaak wel een doelgroep is die je op een andere manier moet bereiken. 

Voorzitter: De Partij voor de Dieren. 

de heer Hekkema (Partij voor de Dieren): Voorzitter, ik denk dat Student en Stad de Partij voor de Dieren kent als een partij die zich zorgen maakt om de toekomst en ook zorgen maakt over de invloed die jonge mensen hebben op de toekomst die hen het meeste aan zal gaan. De Partij voor de Dieren is dat zeker met Student en Stad eens. Ik denk ook dat dat iets is voor in onze communicatieaanpak, vooral naar corporaties, verhuurders en studenten die vanuit het onderwijs, zoals al eerder is genoemd, een mooie bijdrage kunnen leveren aan deze warmtetransitie. Ik heb nog twee punten. Mijn partij vindt het heel belangrijk om de bronnenstrategie mee te nemen in het Omgevingsprogramma Warmte omdat we nog best afhankelijk zijn van de restwarmte vanuit de fossiele industrie. Als we echt naar een duurzame toekomst toe willen, zouden we ook moeten kijken naar aquathermie en geothermie en alle andere vormen van duurzame energieopwekking, zoals onze collectieve warmtenetten of publiek warmtenet dat we nu hebben. Misschien zouden we, zoals GroenLinks zei, warmtenetten op kleinere schaal kunnen voeden met duurzame energie. 

Tot slot kan de Partij voor de Dieren zich vinden in het verkennen van de mogelijkheden om de aanwijsbevoegdheid te gebruiken in het NWA-gebied. Vooral omdat het natuurlijk een gebouwde omgeving is waar al plannen voor het warmtenet zijn en waar al grote delen van het warmtenet zijn aangelegd. Vooropgesteld, we moeten ook goed kijken hoe dat aansluit bij de wijkenergieplannen die al zijn vormgegeven samen met bewoners of nog moeten worden vormgegeven. Dank u wel.