Woord­voering Onderwijs & Welzijn 1 februari


1 februari 2017

B.1. Vragen Rekenkamercommissie huishoudelijke hulp (collegebrief) + Cliënttevredenheidsonderzoek (collegebrief) + zwartboek thuiszorg FNV
Dank aan de insprekers. En wij nemen het voorstel van een proeftijd van de laatste spreker graag over.

Ten eerste, goed dat het tevredenheidsonderzoek is uitgevoerd. En ook dat dit de komende jaren of in ieder geval dit jaar jaar zal gaan gebeuren. We lezen dat drie kwart tevreden is en dat in 80% van de gevallen de zorg voldeed aan de wens. Dat klinkt goed en tot zover lijkt er geen vuiltje aan de lucht, toch zijn er ook minder positieve geluiden.

Daarom danken wij ook de FNV voor het uitgeven van dit zwartboek. Hierin vinden we een aantal schrijnende gevallen. En bij de presentatie van dit zwartboek kregen we te horen dat dit maar een kleine selectie is. En dat is naar om te horen. Zoals we in het tevredenheidsonderzoek lazen zijn de meeste mensen tevreden over de keukentafelgesprekken. Toch horen wij ook veel geluiden dat bij veel mensen dit niet het geval is en dit lezen we ook terug in het zwartboek. Natuurlijk kan niet iedereen helemaal enthousiast zijn als er veranderingen worden doorgevoerd, maar wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat de groep ontevreden clienten toch al met al een redelijk grote groep betreft, en dat betreuren wij.

Afsluitend nog een korte, specifieke opmerking; wij zouden de Partij voor de Dieren niet zijn als we niet onze onvrede willen uiten over iets specifieks dat we lazen in het zwartboek. Bij één cliënt werd er door de ambtenaar afkeurend gereageerd op het feit dat zij een kat als huisdier had en hoeveel extra werk dat wel niet gaf. Natuurlijk heeft een kat haar, maar dit valt toch in het niets bij het geluk wat dit dier haar brengt? Zoals bekend hebben huisdieren een zeer gunstige werking op de gemoedstoestand van mensen en kunnen zij zelfs depressie voorkomen. En dat is toch ook wat waard? Daarmee alleen al zou het al dan niet wegdoen van dit enkele dier niet eens ter sprake mogen komen vinden wij.

B.2. Voortgang Actieplan de Groningse opgave vluchtelingen 2016-2017 (collegebrief)
Net als het college, zijn wij ook erg blij met onze gemeente en de mooie manier waarop mensen zijn verwelkomd in Groningen. Erg goed dat er ook samen wordt gewerkt met vergunninghouders, zij zijn immers de mensen die weten hoe het écht gaat en wat beter kan!

Wij zijn het ook eens met de constateringen van de SER. Iedereen die hier is mee zou moeten kunnen doen aan taallessen, werk en dergelijke. Dit geeft mensen weer zin, zorgt ervoor dat ze zich welkom voelen en het leren van de taal geeft hen meer bewegingsvrijheid. Maatwerk lijkt ons hierin niet alleen belangrijk, maar noodzakelijk!

Het college schrijft dat ze ertoe willen overgaan om meerdere vergunninghouders in één woning onder te brengen. Wij snappen dat de druk op de woningmarkt groot is. Zoals wij het lezen gaat het in dit voorstel om een verplichting. Maar mensen gaan verplichten met elkaar te moeten wonen is niet wenselijk denken wij. Meestal zijn de vergunningshouders juist beter af zijn als ze op zichzelf wonen en niet ‘verplicht’ met elkaar moeten samenwonen.

Wij vragen ons ook af of wij in dit voornemen de uitwerking zien van onze aangenomen motie samenwonen van voor deze zomer? Deze motie drong er, zoals u weet, op aan te organiseren dat juist Nederlandse studenten samen met vergunninghouders gaan wonen, omdat dit bevorderlijk is voor de taal en het ontmoeten onderling! Ook dit zou niet gedwongen moeten gebeuren. Dit is een succes gebleken in Amsterdam, waar studenten zich konden inschrijven in een gebouw waar ook vergunninghouders konden wonen.

Of is het contact met de particuliere kamerverhuurder juist de uitwerking van de motie? Deze is naar ons idee erg vrijblijvend. Graag reactie van de wethouder op het punt van de motie samenwonen in dit geval.

B.3. Wijziging Centrumregeling beschermd wonen (raadsvoorstel) + Evaluatie 1e fase transformatie-opdracht beschermd wonen en opvang (collegebrief)
Dank aan de inspreekster. We nemen haar vraag graag over.

De doelgroep die gebruik maakt van beschermd wonen is één van de kwetsbaarste van onze samenleving, zo lezen we ook in het kwaliteitskader. En juist daarom is de zaak beschermd wonen en opvang een zaak om uiterst zorgvuldig mee om te gaan en dat lijkt het college ook te doen. Dus dat is goed. En wat wij in het raadsvoorstel ook goed vinden is de werkwijze dat de wijzigingen getoetst zijn aan de bezoekers zelf van de voorziening. Het gaat immers om hen en de best mogelijke hulp voor hen.

Wat betreft de Evaluatie 1e fase transformatie-opdracht:
Zoals bekend bij dit college wordt er, ook in het kader van beschermd wonen erg gericht op hulp op maat. De burger en zijn of haar zelfregie staan centraal. Dat zijn goede punten die mensen verder helpen. Mensen stimuleren en aanspreken in hun eigen kracht werkt immers altijd beter.

Een beetje samenhangend met het vorige, ook in het kwaliteitskader is de samenwerking actief gezocht met clienten, en dat vinden we dan ook wederom een goed punt. Dat hierbij de methode van de versnellingskamer is gehanteerd vinden wij erg goed, om op een eerlijk en oprechte manier deelnemers hun inbreng te laten hebben.

We lezen: er is altijd ruimte voor innovatieve initiatieven. Dit is in principe goed natuurlijk, maar dit kan inderdaad een spanningsveld opleveren met de geldende en lopende kwaliteitsnorm. Goed dat hier actief op gelet wordt, om een evenwicht te creeren en te behouden. Toch blijft dit voor ons een onzeker punt, waar inderdaad goed op gelet mag worden.

Wat betreft de transformatieopgave centrale toegang, wij kijken uit naar de digitale sociale kaart beschermd wonen en opvang, is er al zicht op wanneer deze het licht zal zien? Ook kijken wij uit naar de analyse over de omvang en aard van de problematiek voor de groep cliënten van Beschermd wonen en opvang. Wij zijn erg benieuwd om een hoe grote groep het daadwerkelijk gaat.

Wij schrokken van de constatering dat sommige jongeren vanuit Jeugdzorg voor een indicatie Beschermd wonen worden aangemeld vanwege gebrek aan inkomen, waardoor zij geen passende woonruimte kunnen huren. Dat klinkt absurd en lijkt ondenkbaar. Goed dat hier op ingezet gaat worden. Voor onze financiën maar toch ook en vooral voor de betrokken jongere. Als je het niet nodig hebt om beschermd te wonen is het ook beter dit niet te doen, juist omdat het zo waardevol is een persoon in zijn of haar eigen kracht aan te spreken.

Afsluitend nog een algemene opmerking Wij hebben van meerdere instellingen die beschermd wonen aanbieden te horen gekregen dat het contact met de gemeente goed is, maar soms lastig tot stand komt. En dat de juiste persoon vinden ook ingewikkelder is dan dat het zou moeten zijn. Als het contact eenmaal gelegd is loopt de communicatie verder erg goed. Herkent het college dit? En is het een idee hier iets centraals voor te bedenken/creëren?

Interessant voor jou

Woordvoering Ruimte & Wonen 1 februari

Lees verder

Woordvoering Beheer & Verkeer 8 februari

Lees verder

Help mee aan een beter Groningen!

    Word actief Doneer