Woordvoering: Segregatiemonitor onderwijs
1e termijn:
De heer Pechler: Dank, voorzitter. In het maatschappelijk akkoord staan onder andere afspraken over taalgebruik, zoals het benoemen van de onderwijs soorten en het vermijden van hoger, lager en praktisch theoretisch. Ik vroeg me af of het college zelf ook van plan is om deze lijn te volgen in de raadsstukken, want ik constateer in ieder geval dat het nu in het rapport nog niet het geval is.
2e termijn
De heer Pechler: Dank u, voorzitter. Als Partij voor de Dieren zijn we blij met de
focus die het college samen met de schoolbesturen legt op kansengelijkheid en
sociale inclusie in het onderwijs. Het is erg mooi dat het maatschappelijk akkoord is
verlengd tot en met 2040. De uitvoeringsagenda is omvangrijk van groene
schoolpleinen en gezonde schoolgebouwen tot een verlengde schooldag en
samenwerking tussen ketenpartners. Het is ook mooi om te lezen dat ruim 80%,
bijna 85% van de basisscholen meewerkt aan de uniforme informatievoorziening en
afspraken over de aanmeldprocedure. Toch vinden we het erg jammer dat een
uniform aanmeldsysteem nog niet gedragen wordt door de besturen en hopen we dat
de bereidheid hiertoe zal groeien. Op dat punt kan ik me ook aansluiten bij de
woorden van mevrouw Jones van GroenLinks, want we zijn er nog niet.
Het is goed om te lezen dat segregatie op basis van inkomen en
migratieachtergrond op openbare scholen daalt. Tegelijkertijd neemt op bijzondere
scholen segregatie op basis van opleidingsniveau toe. Alhoewel segregatie op basis
van het huishoudinkomen stabiel is, is het wel stabiel op een hoog niveau. De
ongedeelde stad bereiken we zo nog niet. Daarom is het goed dat deze nulmeting nu
is uitgevoerd door OIS en kunnen we de komende jaren kijken met de periodieke
metingen hoe we met het akkoord en de uitvoeringsagenda de tweedeling in het
onderwijs wel kunnen slechten, waarbij ik ook denk dat beeldvorming een belangrijk
component is. Tot zover, voorzitter.
Voorzitter: U krijgt nog wat vragen. Eerst de heer Lo-A-Njoe.
De heer Lo-A-Njoe: Dank u wel, voorzitter. Ik was benieuwd wat de Partij voor de
Dieren vindt van de in de collegebrief opgenomen voorrangscriteria als het gaat om
dat idealiter volgens college kinderen die het dichtst bij de school wonen voorrang
zouden moeten hebben in relatie tot de vrijeschool, waarin biologisch dynamisch
verbouwde voeding en een goede omgang met de wereld onder andere centraal
staat. Dat zou voor de vrijeschool echt een probleem zijn, want daar kiezen ouders
voor het concept en die komen uit de hele stad. Dat verhoudt zich erg slecht met het
voorrangscriterium wat wordt voorgesteld. Wat vindt Partij voor de Dieren ervan?
De heer Pechler: Ik ben voorstander van het voorrangscriterium. Daarnaast bieden
we natuurlijk natuur- en duurzaamheidseducatie aan op alle basisscholen in de
gemeente. Dan krijgen onze leerlingen middels gemeentelijke gefinancierd mooie
extra projecten alsnog diezelfde kennis mee.
Voorzitter: Vervolgvraag van de heer Lo-A-Njoe.
De heer Lo-A-Njoe: U accepteert daarbij dan dat antroposofisch onderwijs eigenlijk
niet meer mogelijk is in Groningen in die zin dat vooral kinderen uit de buurt voorrang
krijgen. Ze hebben een wachtlijst. Ouders die hier specifiek voor kiezen voor hun
kinderen kunnen daar dan niet meer terecht.
De heer Pechler: Ik denk niet dat die conclusie zo hard getrokken zal worden, want
ook deze criteria zijn niet set in stone. Ze zijn nog niet door alle scholen
onderschreven, waar ik dus wel op hoop. Als het uiteindelijk tot een minder
gesegregeerd onderwijs leidt in Groningen, dan neem ik voor lief dat ouders niet de
school van hun eerste keuze voor hun kind hebben kunnen regelen.
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Woordvoering: De Gele loper
Lees verderWoordvoering: Veilig Uitgaan
Lees verder