Schrif­te­lijke vragen; De Ostade­vijver in wijk Kost­ver­loren.

Indiendatum: 10 feb. 2025

Schriftelijke vragen; De Ostadevijver

Ons is ter ore gekomen dat de Ostadevijver in de wijk Kostverloren niet de natuurinclusieve ecologische vijver is geworden zoals was beoogd toen deze drie jaar geleden werd aangepakt.  Het eco-systeem lijkt niet functionerend en de vijver zit dicht met algen en wieren. Blauwalg en algenflab die in de vijver optreden, hebben invloed op de dieren die er leven, zoals de vissen, de watervleermuizen en amfibieën.

Bij de aanleg van de vijver is er een natuurinfo-tafel gemaakt door Bureau Biota:‘’Het is de bedoeling om deze vijver, die door mensen is gemaakt, beter in de natuur te laten passen. Op die manier krijgen we in de stad Groningen een nieuwe plek waar steeds meer planten en dieren een plekje kunnen vinden om te leven tussen alle gebouwen.’’ Na technisch navragen blijft dat waar mogelijk, de aanbevelingen worden opgevolgd door Stadsbeheer Groningen. Echter is de vijver nu verre van de staat zoals origineel beoogd werd.

Er is karper uitgezet in de Ostadevijver. Wij hebben technisch navraag gedaan over de karper in de vijver. De gemeente geeft aan geen zicht te hebben op het aantal karper en de toename of afname hiervan. Zij verwijzen ons naar de Sportvisserij vereniging, maar zij hebben ook geen zicht op de grootte van de populatie.

De gemeente geeft aan dat er geen afspraken zijn gemaakt met visfederaties zoals Sportvisserij Groningen en Drenthe. Ook niet qua uitzetten van vis. Tijdens een gesprek met de klankbordgroep op dinsdag 8 oktober heeft de gemeente wel afgesproken, ter verbetering van de waterkwaliteit van de Van Ostade-vijver, om karpers te verwijderen en roofvissen terug te brengen. Zij willen dit doen in overleg met Sportvisserij Groningen en Drenthe.

Sportvisserij Groningen en Drenthe en Stichting Vissenbelangen hebben er vraagtekens bij of de voorgestelde maatregelen het gewenste effect zullen hebben. Stichting Vissenbelangen benoemt dat het belangrijk is te zoeken naar de oorzaak van de hoeveelheid algen in het water. Dit komt doorgaans door een teveel aan voedingsstoffen en kan meerdere oorzaken hebben. 

De gemeente heeft een wettelijke zorgplicht voor de vissen. Vissen mogen (gelukkig) niet worden doodgemaakt. Uitzet van de vissen in andere wateren, zoals kanalen, moet met formele toestemming van de visrechthebbende én het waterschap gebeuren, maar dan moet wel aan de waterschapsverordening zijn voldaan en mag de uitzet niet nadelig zijn voor de biomassa vis in het te ontvangen water. Stichting Sportvisserij geeft aan maar beperkt vissen te kunnen herplaatsen om het evenwicht in het ontvangende water niet te verstoren.

Volgens de Sportvisserijvereniging helpt het uitzetten van roofvissen zoals snoek niet. Snoeken zijn roofdieren met een territorium en het zijn kannibalen. Als je jonge snoek zou uitzetten, eten die elkaar op. Ook zal een jonge snoek een grote karper niet opeten. Volgens Sportvisserij Groningen en Drenthe krijg je een roofvisstand die voor evenwicht in de visstand kan zorgen, alleen door een betere inrichting met voldoende waterplanten en schuilmogelijkheden. Roofvissen worden bovendien niet gekweekt voor de verkoop c.q. uitgezet. Stichting Vissenbelangen benoemt ook: een snoek houdt vooral van helder water en zal dus niet optimaal kunnen groeien in een troebele vijver.

De Partij voor de Dieren heeft daarom een aantal vragen over de staat en renovatie van deze vijver.

1. Erkent het college dat de vijver vervuild is met algen en wieren en hierdoor de kwaliteit van de vijver achteruit is gegaan?

2. Is er recent onderzoek gedaan naar de oorzaak van de vervuiling in de vijver?

   1. Zo ja, wat is er gedaan met deze onderzoeksresultaten?

   2. Zo nee, is het college bereid dit te laten onderzoeken om zo het ecosysteem te verbeteren?

3. Bureau Biota heeft aanbevelingen gedaan om het ecosysteem te verbeteren en de vijver aantrekkelijker te maken voor verschillende diersoorten zoals vleermuizen en amfibieën. Welke adviezen zijn wel en welke zijn niet opgevolgd?

4. Uit technische navraag bleek dat in de klankbordgroep een ecoloog van de gemeente en buurtbewoners zitten. De plannen die uit de klankbordgroep kwamen, lijken volgens bovengenoemde partijen niet haalbaar. Hoe kijkt het college naar deze verschillen?

5. Als het eco-systeem van de vijver wordt verbeterd, hoe wil de gemeente deze dan gaan monitoren zodat een dergelijke situatie met overmatig alg en wier niet meer voorkomt? 

6. Als er niet zorgvuldig met het visbestand wordt omgegaan, kan dit onnodige slachtoffers geven onder vissen. Vuile vijvers kunnen namelijk ook voor sterfte bij vissen zorgen.  Is het college bereid om informatie van experts in te winnen als het gaat om het welzijn van vissen?

Namens,

Bart Hekkema, Partij voor de Dieren