Schrif­te­lijke vragen: Stichting Dieren­op­vang­centrum Groningen

Indiendatum: 20 okt. 2023

Geacht college,

Stichting Dierenopvangcentrum Groningen aan de Adorperweg luidt de noodklok (1). Wegens de aanhoudend hoge energieprijzen en slechte energetische staat van het gebouw door onder andere bodemdaling zijn de structurele energielasten torenhoog. Het is de enige opvang voor wilde dieren binnen onze gemeentegrenzen en bestaat al ruim 30 jaar. Bij de oprichting was wijlen wethouder Hans Morsink nog betrokken. Per jaar vangen ze duizenden zieke, gewonde en verzwakte wilde dieren op, die na de goede zorgen van de stichting weer in hun natuurlijke omgeving worden vrijgelaten.

De Gemeente Groningen kent sinds 2016 een samenwerkingsovereenkomst met de Dierenbescherming voor haar wettelijke taken omtrent het opvangen van dieren in nood. De Dierenbescherming werkt hiervoor samen met enkele gecontracteerde partners, waaronder de Vereniging Dierenambulance Groningen en De Fûgelhelling in het Friese Ureterp. Helaas is Stichting Dierenopvangcentrum Groningen niet een van deze onderaannemers.

Vorige maand gaf wildopvang Faunavisie Westernieland in Het Hogeland aan dat ze wegens gezondheidsklachten noodgedwongen stoppen met het opvangen van vogels. Dat gaat om zo’n 1700 per jaar (2). Als ook Dierenopvangcentrum Groningen omvalt, zijn dat bij elkaar 4200 tot 4700 dieren per jaar die extra opgevangen moeten worden door de Fûgelhelling. De vraag is of die capaciteit er is.

De fractie van de Partij voor de Dieren vindt dat alles op alles gezet moet worden om dit dierenopvangcentrum in onze gemeente te behouden. Hierover stellen we na contact met de opvang graag de volgende vragen aan het college van B&W:

1. Is het college het met ons eens dat de ervaring, kennis en expertise die het Dierenopvangcentrum aan de Adorperweg de afgelopen 35 jaar heeft opgebouwd bewaard moet blijven voor het welzijn van dieren in onze gemeente?

2. Is het college het met ons eens dat het wenselijk is om in Noord-Nederland diverse wildopvangcentra te hebben omdat dit het transport van verzwakte dieren tot een

minimum beperkt en dit het zorgaanbod voor wilde dieren in nood steviger en weerbaarder maakt met het oog op capaciteit en ervaring?

3. Is het college bereid om met de Stichting Dierenopvangcentrum Adorperweg in gesprek te gaan om te kijken hoe de gemeente hen in hun werk kan faciliteren, bijvoorbeeld door te helpen met het aanvragen van subsidies en fondsen?

4. Is het college bereid om te inventariseren of er financiële ruimte is voor een (incidentele) bijdrage voor het Dierenopvangcentrum Groningen om te voorkomen dat ze omvallen?

5. In de Nota Dieren staat dat de samenwerking met de Dierenbescherming, ketenpartners en onderaannemers jaarlijks wordt geëvalueerd. Is het college bereid om bij de volgende evaluatie aan te dringen op het aanhaken van Stichting Dierenopvangcentrum Groningen zodat zij met een relatief bescheiden structurele bijdrage blijvend het hoofd boven water kunnen houden?

Met vriendelijke groet,

Wesley Pechler

Partij voor de Dieren