Woord­voering: Nieuw­komers Eems­golaan

Mevrouw Bosma: Dank je wel, Voorzitter. Groningen is op veel manieren een voorbeeld voor het Rijk. We nemen de verantwoordelijkheid om te zorgen voor mensen in nood en op de vlucht. We komen met regiobestuurders, met oplossingen en afspraken die worden nageleefd. We informeren betrokken inwoners in plaats van mee te gaan in angst en onderbuikgevoelens. We kunnen ons voorstellen dat inwoners kunnen schrikken als er een brief op de mat valt die ze vertelt dat er om de hoek een opvang wordt gerealiseerd binnen afzienbare tijd. Volgens mij is iedereen het hierover eens dat het belangrijk is om inwoners zo vroeg mogelijk te informeren. 

Tegelijkertijd weten we dat het openen van een opvang van veel factoren afhankelijk is. Het vaak onmogelijk is om maanden vooraf bekend te maken waar iets komt en binnen welke tijd. Om juist opvang voor mensen op de vlucht te organiseren is snel handelen nodig. We zijn heel blij dat de gemeente dat heeft gedaan. In het gesprek over het proces dat we hier vandaag hebben, moet me van het hart dat we niet moeten vergeten over wie we het hier hebben. We hebben het over mensen die huis en haard verlaten en zorg en een dak boven hun hoofd nodig hebben. 

Voorzitter: Mevrouw Blauw van de PVV. 

Mevrouw Blauw: Dank u, Voorzitter. Ik heb een vraag aan Partij voor de Dieren: hoe reageert u erop dat heel veel Nederlanders en de PVV gekozen hebben voor het 13 strengste asielbeleid ooit en het helemaal niet willen. Uit uw betoog lijkt het net als: we moeten die mensen opvangen. Hoe reageert u naar de Groningers toe, naar de Nederlanders toe, die dit helemaal niet willen? Die daar heel erg onrustig over zijn en een onveiligheidsgevoel hebben? Want u bent immers een volksvertegenwoordiger. 

Voorzitter: De vraag is duidelijk. Voor de orde: dit debat gaat over het proces en de participatie en alles wat daar omheen hoort. Voordat we een heel groot debat hebben over asielopvang. Dan gaan we uit de bocht vliegen. Ik wil voorstellen dat u doorgaat met uw woordvoering. Of misschien kort reageert. 

Mevrouw Bosma: U zegt: kunt u reageren als volksvertegenwoordiger? Ik denk dat ik als volksvertegenwoordiger kan zeggen dat het mooie van een democratie niet is dat de meerderheid het voor het zeggen heeft, maar dat minderheden worden beschermd. Over het proces: we zijn natuurlijk voorstander van een goed participatie- en informatietraject. We vinden het goed dat de gemeente in het geval van de Eemsgolaan uitgebreid heeft geluisterd naar inwoners en een risicoanalyse heeft laten uitvoeren door een extern bureau. Ook de evaluatie die over een half jaar plaatsvindt, kunnen we steunen. Het is goed om stil te staan, en het werd al gezegd, bij omwonenden en bedrijven die hun steun hebben uitgesproken. Bedrijven in de buurt hebben geholpen. Er waren zoveel aanmeldingen van vrijwilligers dat niet eens alle aangemelde vrijwilligers konden helpen. 

 Mevrouw Bosma: We mochten vorige week een kijkje nemen in de noodopvang. De sfeer was daar goed. Het was goed om te zien dat Vluchtelingenwerk een plek heeft gekregen op de locatie. De bewoners waren allen zeer betrokken met elkaar, maar ook in het gebouw waar ze allen hun eigen taak hadden. We kunnen het voorstel van het college om dit tot een reguliere opvang te maken waar dit mooie initiatief voortgezet kan worden, van harte steunen. Tot slot over de algemene brief van nieuwkomers: we vinden het goed om te lezen dat er wordt gewerkt aan de verbeterde zorg voor Oekraïners. We hebben de toegankelijkheid van de Nederlandse zorg voor vluchtelingen hier al vaker onder aandacht gebracht. Het is goed om te lezen dat er wordt samengewerkt met regiogemeenten. Dat bijvoorbeeld de mobiele tandartspraktijk wordt ingezet. We hopen dat het werk om die nodige zorg toegankelijker te maken niet alleen beperkt blijft tot deze groep, maar we toewerken naar een toegankelijke zorg voor alle mensen op de vlucht. Tot zover.