Schrif­te­lijke vragen: Atelier­beleid in de binnenstad


Indiendatum: 20 sep. 2022


Geacht college,

In Groningen zijn 62 vaste ateliers, die verdeeld zijn over 5 panden in de binnenstad. Dit aantal is een stuk minder dan andere grote steden in Nederland. Deze panden worden beheerd door Lefier en Patrimonium en bieden permanent ruimte aan de huurders van de Huurdersvereniging Kunstenaars (HVK). Alhoewel deze ateliers permanent zijn, staan ze onder druk door een wetswijziging. Uit gesprekken met kunstenaars hebben we verschillende zorgen vernomen over hun toekomst in de binnenstad naar aanleiding van deze wetswijziging. Veel kunstenaars in de stad leven in onzekerheid wat betreft hun werkruimte en een aantal trekt zelfs weg.

Het is bekend dat er een groot tekort aan creatieve plekken in de stad is. Kunstenaars moeten lang op een wachtlijst staan om een permanente werkplek te kunnen krijgen. Daarnaast werken veel kunstenaars op tijdelijke plekken terwijl dat lang niet altijd de voorkeur heeft. We hebben vooraanstaande kunstopleidingen in Groningen, maar nieuwe talenten en net afgestudeerde kunstenaars kunnen nauwelijks een atelier en expositieruimtes vinden. Ruimte voor creativiteit in en buiten de binnenstad is zeer waardevol en die ruimte komt in het geding. Naar aanleiding van deze zorgen hebben we de volgende vragen aan het college:

  1. Er heerst onduidelijkheid voor de gebruikers en inwoners van de panden die gehuurd worden door de HVK en de zorg dat zij deze panden moeten verlaten. Is het college op de hoogte van de zorgen die de huidige gebruikers van de panden hebben?
  2. Is de gemeente op de hoogte van de hoeveelheid vaste en flexibele atelierruimte in de gemeente Groningen en de verhouding tussen het aantal ateliers en het aantal (zoekende) kunstenaars in de Gemeente Groningen?
  3. Heeft het college zicht op hoeveel nieuwe kunstenaars zich ieder jaar vestigen in de gemeente Groningen en hoeveel kunstenaars de gemeente verlaten vanwege ruimtegebrek?
  4. In 1992 zijn de panden in erfpacht overgedragen aan de woningbouwcorporaties voor een symbolisch bedrag van één gulden. Wanneer de corporaties willen stoppen met deze overeenkomst, heeft de gemeente het eerste recht van terugkoop. Er bestaat een zogenoemde 2-euro-regeling om panden van woningcorporaties terug te kopen. Hoe steekt deze procedure precies in elkaar? En hoe staat het college tegenover terugkopen van kunstateliers in de binnenstad op het moment dat Lefier en Patrimonium deze willen verkopen?
  5. In welk stadium zijn de gesprekken tussen de woningcorporaties en de gemeente met betrekking tot de bestemming van de ateliers?
  6. Heeft het college eventuele alternatieven in gedachten als deze kunstenaars hun atelier kwijt raken?
  7. Is het college bereid het aantal plaatsen waar kunstenaars voor een onbepaalde tijd kunnen werken minstens te behouden en waar mogelijk uit te breiden?
  8. Vanuit de sector klinkt de roep om een brede denktank om gezamenlijk na te denken over het Groningse atelierbeleid. Hoe staat het college tegenover zo’n denktank?

Hartelijke groet,

Janette Bosma ,Partij voor de Dieren

Sophie Middelhuis , GroenLinks

Rozemarijn Gierkink , Partij van de Arbeid

Indiendatum: 20 sep. 2022
Antwoorddatum: 12 okt. 2022


Er heerst onduidelijkheid voor de gebruikers en inwoners van de panden die gehuurd

worden door de HVK en de zorg dat zij deze panden moeten verlaten. Is het college op

de hoogte van de zorgen die de huidige gebruikers van de panden hebben?

Wij zijn op de hoogte van de zorgen van de Huurdersvereniging Kunstenaars

en de leden die zij vertegenwoordigt. Hierover zijn wij al langere tijd in

gesprek met de betrokken partijen. In deze gesprekken, maar ook in eerdere

schriftelijke communicatie van Lefier en Patrimonium, zijn de volgende

uitgangspunten benadrukt: het huidige aantal ateliers blijft behouden en er

worden geen huurders op straat gezet.

Is de gemeente op de hoogte van de hoeveelheid vaste en flexibele

atelierruimte in de gemeente Groningen en de verhouding tussen het aantal

ateliers en het aantal (zoekende) kunstenaars in de Gemeente Groningen?

We hebben geen exacte gegevens over de hoeveelheid ateliers in onze

gemeente, er is geen centrale organisatie die alle plekken registreert en beheert.

De HvK beheert 62 ateliers, in het Paleis zijn 28 koopateliers en 37

werkplekken in huurateliers gerealiseerd, maar ook zijn er atelierruimtes

ingericht in bijvoorbeeld de Papiermolen en broedplaatsen zoals de Biotoop en
Het Werk. Daarnaast zijn er ook vele particuliere initiatieven die kunstenaars

onderdak bieden.

Een aantal van deze organisaties werkt wel met wachtlijsten, maar deze bieden

geen inzicht in de discipline waarin een kunstenaar of maker actief is. De HvK

heeft momenteel een wachtlijst van ongeveer 100 kunstenaars. Echter, in

hoeverre deze lijst overlapt met wachtlijsten voor andere locaties is

onduidelijk, evenals de vraag hoe en waar de mensen op een wachtlijst in de

tussentijd gehuisvest zijn. In totaal zijn er ongeveer 750 professionele

kunstenaars actief in de gemeente Groningen.

Heeft het college zicht op hoeveel nieuwe kunstenaars zich ieder jaar vestigen

in de gemeente Groningen en hoeveel kunstenaars de gemeente verlaten

vanwege ruimtegebrek?

Wij hebben hier geen zicht op, omdat kunstenaars in onze gemeente niet

centraal geregistreerd staan. Wel weten we dat er ongeveer 250 studenten per

jaar starten met een kunstvakopleiding aan Academie Minerva en dat hier

jaarlijks ongeveer 150 mensen afstuderen. Daarnaast behalen jaarlijks nog eens

ongeveer 45 studenten hun master aan het Frank Mohr Institute. Hoeveel

studenten hiervan zich vervolgens in de gemeente vestigen is niet bekend.

Overigens is ruimtegebrek slechts een van de vele redenen waarom

kunstenaars mogelijk de gemeente Groningen verlaten, naast bijvoorbeeld

andere woonwensen, opleidingstrajecten elders, carrièrekansen in andere

regio’s of redenen van persoonlijke aard.

In 1992 zijn de panden in erfpacht overgedragen aan de

woningbouwcorporaties voor een symbolisch bedrag van één gulden. Wanneer

de corporaties willen stoppen met deze overeenkomst, heeft de gemeente het

eerste recht van terugkoop. Er bestaat een zogenoemde 2-euro-regeling om

panden van woningcorporaties terug te kopen. Hoe steekt deze procedure

precies in elkaar? En hoe staat het college tegenover terugkopen van

kunstateliers in de binnenstad op het moment dat Lefier en Patrimonium deze

willen verkopen?

In de contracten die destijds met de woningcorporaties zijn opgesteld heeft de

gemeente inderdaad een eerste recht van terugkoop bedongen. Dit betekent dat

wanneer de woningcorporaties de panden niet langer in beheer wensen te

houden, de betreffende panden voor een bedrag van één gulden per verkopende

partij aan de gemeente worden aangeboden. Dit bedrag betreft enkel de

overdrachtskosten en niet alle bijkomende kosten die gemoeid gaan met het

beheer en toewijzingsbeleid, onderhoud, afschrijvingskosten en eventuele

toekomstige verduurzamingsmaatregelen.

In welk stadium zijn de gesprekken tussen de woningcorporaties en de

gemeente met betrekking tot de bestemming van de ateliers?

Op dit moment bevinden de gesprekken tussen de woningcorporaties en de

gemeente zich nog in de onderzoekende fase. Dit betekent dat er, samen met de

HvK, gesprekken gevoerd worden om de exploitatie van de vijf panden

inzichtelijk te maken. Op basis hiervan zullen er scenario’s opgesteld worden

om te komen tot een toekomstbestendige aanpak rondom het bestaande

atelierbestand.

Heeft het college eventuele alternatieven in gedachten als deze kunstenaars

hun atelier kwijt raken?

Allereerst benadrukken wij hier nogmaals dat de kunstenaars in de huidige vijf

atelierpanden niet hun atelierruimte kwijtraken. Daarnaast zijn de

woningcorporaties in de huidige constructie verantwoordelijk als verhuurder,

de verantwoordelijkheid voor eventuele alternatieve locaties ligt dan ook in

eerste instantie bij deze partijen.

Is het college bereid het aantal plaatsen waar kunstenaars voor een

onbepaalde tijd kunnen werken minstens te behouden en waar mogelijk uit te

breiden?

Het behoud van het aantal plaatsen waar kunstenaars voor onbepaalde tijd

kunnen werken is een van de uitgangspunten voor de gesprekken met de

betrokken partijen. De mogelijkheid dit aantal ateliers verder uit te breiden zou

een mooie uitkomst zijn van de gevoerde gesprekken, maar heeft op dit

moment niet onze prioriteit.

Vanuit de sector klinkt de roep om een brede denktank om gezamenlijk na te

denken over het Groningse atelierbeleid. Hoe staat het college tegenover zo’n

denktank?

Wij zijn op de hoogte van een denktank op het gebied van atelierbeleid en

beeldend kunstbeleid. Deze kwam ook ter sprake tijdens het symposium van

Kunstpunt over atelierbeleid in Groningen op 15 september jongstleden. Wij

vinden dit een positieve ontwikkeling en de gemeente neemt daarom ambtelijk

deel aan de denktank om samen met de culturele sector te werken aan de

vraagstukken op dit onderwerp.

Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.

Met vriendelijke groet,

burgemeester en wethouders van Groningen,

burgemeester, secretaris,

Koen Schuiling Christien Bronda


Interessant voor jou

Schriftelijke vragen: Wespen

Lees verder

Schriftelijke vragen: De aanplant van natuurlijk bos in de gemeente

Lees verder

Help mee aan een beter Groningen!

    Word actief Doneer