Bijdragen gecom­bi­neerde commissies, 05-02-2020


6 februari 2020

Hardt Hyperloop testcentrum Meerstad-Noord (Door Terence van Zoelen)

Dank voorzitter,

Eind vorig jaar konden we het in de landelijke dagbladen in groot gedrukte letters lezen. ‘Groningen krijgt een drie kilometer lange hyperloop als testbaan’!

Een duurzaam vervoers- en transportsysteem dat in de toekomst uitkomst kan bieden voor snelvervoer over lange afstanden. De collegebrief informeert ons over het verloop en vervolg van de bieding, over hoe dat proces verlopen is.

Het college ziet de Hyperloop goed samengaan met het energielandschap bij Meerstad-Noord waar wegens het economische tij de woningbouw werd afgeschaald van 10 naar 6000 woningen. De Hyperloop zal de komende tien jaar werk en internationaal aanzien verschaffen. Waarop het college prompt besloot zich in het bidbook in te schrijven en het op 20 November 2019 bij Hardt in Delft in te leveren.

Op 27 november werd dit bod door ambtenaren in Delft toegelicht. De oplettende burger had kunnen vernemen dat we op 3 december voor het finale bod waren geselecteerd. Vervolgens heeft de wethouder in de raadscommissie op 11 december 2019 mondeling toegelicht dat we de bieding gewonnen hadden. Dit was volgens het college dan hét moment om op 12 december de bewoners maar eens in te lichten middels huisbezoeken en flyers.

‘Beste bewoner er komt een Hyperloop in uw achtertuin! Gefeliciteerd!’. De collegebrief meldt gelukkig in eerlijkheid dat niet eenieder daarover even enthousiast was. Dit met vele vragen en bezorgdheid tot gevolg. Dit zo samenvattende. Wat vindt het college van hoe de bewonersinspraak in dit proces verlopen is? Had het college niet eerst met omwonenden moeten praten alvorens een bod uit te brengen?

Het vervolg van het proces is de papieren afhandeling van vergunningen en contracten. De provincie zal 3 miljoen euro aan het project bijdragen. De gemeente geeft de grond in bruikleen, zorgt voor de planologische toetsing en ziet toe op het omgevingsmanagement. Eigenlijk gratis service dus aan een extern bedrijf. Maar wat houdt dit concreet in? Wat is het effect van de Hyperloop op de eco-structuren en dierenleven in de omgeving? Hoe mooi en duurzaam we de Hyperloop techniek ook vinden, wij hadden daarover graag een mening willen vormen voordat we voor dit voldongen feit stonden. Is het college het met ons eens dat ook de raad meer betrokken hadden moeten zijn voordat we aan deze bieding mee gingen doen?

Daarbij zal het niet verkopen van exploitatiegrond, de planologische toetsing en omgevingsmanagement een financieel kostenplaatje hebben. Dit is in de brief geheel niet inzichtelijk. Kunnen we de gemeentelijke bijdrage aan de Hyperloop in ecologische- en geldwaarden nog tegemoetzien? Graag een reactie.

Stand van zaken experiment gesloten coffeeshopketen (Door: Terence van Zoelen).

Dank voorzitter,

Zeer opmerkelijk is dat het uitgangspunt van het ministerie is, zoals deze collegebrief vermeld, dat het Rijk slechts een tegemoetkoming verstrekt. Het uitgangspunt is dus niet, om de kosten van de gemeenten volledig te dekken. Zoals nu blijkt.

Toen we dit plan bespraken is ons verzekerd dat alle kosten gedekt zouden worden door het Rijk. De gemeente zou het niks kosten. Meerdere partijen heb ik die vraag ook tijdens commissies en de expertmeeting horen stellen. Mede door die ene toezegging van de voormalige burgemeester is het experiment door de raad gekomen.

Wij zijn zeer verbaasd. Is het standpunt van het Rijk in tussentijd veranderd, of zijn we destijds verkeerd geïnformeerd? Indien dat laatste dan dienen we per direct onze deelname te beëindigen en moet de raad het experiment heroverwegen. Graag een reactie van het College.

Initiatiefvoorstel speeltuinen in de binnenstad (Door Kirsten de Wrede)


Met kinderen wordt in deze maatschappij vaak weinig rekening gehouden. Ze worden van school naar de buitenschoolse opvang gesleept en buiten spelen is vaak lastig, want in de stad is het buiten niet altijd leuk en bovendien voor kleine kinderen vaak te verkeersgevaarlijk. Een voorstel voor meer speeltuinen in de binnenstad lijkt dan ook sympathiek.
Maar waarom nu precies op zo’n commercieel knooppunt? Waarom niet overal in de Stad? Of is dit eigenlijk verkapte steun aan de binnenstad ondernemers? Hoe het ook zei, de Partij voor de Dieren heeft niets tegen een speelplek op de Grote Markt, het liefst toegankelijk voor alle kinderen, ook kinderen die wat minder mobiel zijn.
Om de kosten te laten komen uit bestaande plannen, bestaande budgetten, vinden wij goed. Daarnaast sluiten we ons aan bij de opmerkingen van dhr. Koks van de SP dat er op het Martinikerkhof vaak een andere groep is, die ook z’n plekje zou moeten kunnen houden wat ons betreft.

Verloop jaarwisseling 2019-2020 en beantwoording vragen ex art. 38 RvO (GL, PvdD, SenS en 100% Groningen) (Door Terence van Zoelen)

Dank Voorzitter,

Het wordt echt tijd dat er een totaalverbod komt op consumentenvuurwerk, tot het carbidschieten aan toe. De heftige knallen en het afval dat het veroorzaakt zorgt voor zeer veel dierenleed. Gelukkig zien we in Nederland een omslag. Een meerderheid van de bevolking wil een inmiddels al een totaalverbod en wij hopen zeer dat de initiatiefwet die de PvdD en GroenLinks vandaag in Den Haag hebben ingediend, zo snel mogelijk wordt aangenomen.
Bij deze jaarwisseling heeft siervuurwerk in Nederland voor 55 procent van de slachtoffers gezorgd. Daarnaast benadrukken verschillende burgemeesters dat een totaalverbod beter te handhaven is. Siervuurwerk draagt net zo goed bij aan lucht- en milieuvervuiling en bezorgt dieren veel angst en stress. Wat het kabinet nu voorstelt is maar half werk en dit college sluit zich daarbij aan.
Wij hopen dat het Rijk eens actie onderneemt, en als zesde gemeente van Nederland moeten we ons duidelijk uitspreken voor wat we willen, een totaalverbod. Op de schriftelijke vragen die wij samen met GL en S&S hebben gesteld komt in de beantwoording door het college te weinig of zelfs geen enkele stellingname. We volgen de landelijk lijn. Als zesde grote gemeente mag je niet afwachten en volg je geen lijn. Als grote gemeente heb je een voortrekkersrol.
Ook is het van belang goed voor ogen te hebben wat de schade aan het milieu is geweest zodat we weten wat we moeten herstellen. De vraag over het plastic blijft geheel onbeantwoord. Het zou het college aan alles gelegen moeten zijn dit te willen weten. Waarom heeft het college geen enkele moeite gedaan om deze vraag te beantwoorden?
Vuurwerk zorgt voor ontzettend veel ellende en rotzooi in onze gemeente, we moeten ervan af. Ik sluit me tot slot aan bij de vragen die mevrouw Wijnja van GroenLinks aan het college heeft gesteld.

Snorfiets op de rijbaan Snorfiets op de rijbaan (Door Kirsten de Wrede)

Het streven is ernaar om de snorfiets op de rijbaan te krijgen, waar dat kan. Wat ons betreft moet hier verkeersveiligheid voor iedereen voorop staan. We zijn het eens met andere sprekers dat de hoge snelheid van speedpedelecs even gevaarlijk is als de snorfiets en dat een snorfiets op de rijbaan ook voor de snorder weer gevaarlijk kan zijn. Begin, zoals de PvdA dat voorstelde, op plekken waar de meeste ongelukken gebeuren. Wij zien uit naar een Doorwaadbare Stad.

B1 Bespreekpunten nieuwe regeling WMO-vervoer (Door Wesley Pechler)

Dankuwel voorzitter, en dank aan de insprekers. Ik moet bekennen dat onze fractie destijds ook niet heeft gepiept op dit stuk, omdat het op het eerste gezicht prima leek, en het college voor een groot deel het advies van de adviesraden en Stadadviseert heeft gevolgd. De vraag is echter of daar genoeg mensen in vertegenwoordigd waren die zelf gebruik maken van WMO-vervoer. Beleid over een doelgroep maak je samen met die doelgroep, en daarom was het ons inziens ook beter geweest als de Werkgroep Toegankelijk Groningen deze plannen had mogen toetsen.

Inmiddels zijn de beleidswijzigingen dankzij de inzet van de SP-fractie alsnog geagendeerd, en hebben we in de ingezonden stukken en bijdrages van de insprekers kunnen vernemen dat het toch vrij ingrijpende veranderingen zijn. Het wordt mooi verwoord in één van de ingezonden brieven: Bepaalde gebruikers van het WMO-vervoer “zullen tegen een mogelijk keukentafelgesprek opzien en misschien al op voorhand, uit vrees het kilometerbudget te overschrijden, hun activiteiten inperken. In een tijd waarin meer en meer aandacht wordt gevraagd voor sociale eenzaamheid, komt deze kilometerbeperking ons vreemd voor.” Het college ziet dit mogelijke effect van terughoudendheid ook, maar framet het als het kweken van “bewustzijn”.

Het college noemt dat de gemiddelde reiziger €24 per jaar meer gaat betalen door het verhogen van het opstaptarief. Dat betekent dus dat de gemiddelde reiziger jaarlijks 22 retourtjes maakt met het WMO-vervoer, nog niet eens 2x per maand. Voor die mensen valt de prijsstijging inderdaad wel mee. Maar hoe zit het met de groep mensen die wekelijks of vaker afhankelijk is van het WMO-vervoer? Mensen die vaak geen riant inkomen hebben en waarbij elk tientje telt? Het college noemt ook dat er 89 mensen zijn die boven de 1500 kilometer per jaar uitkomen. Met hoeveel daarvan is inmiddels een keukentafelgesprek gevoerd? En is voor die hele groep gekeken naar wat het voor hen concreet betekent als het aantal kilometers omlaag wordt gebracht? Minder sociale contacten? Ook wil ik het college vragen of het mogelijk is een uitzondering te maken voor bewoners van een AWBZ-instelling.

Om concreet te antwoorden op de vragen van de SP-fractie:
A. Nee, deze wijzigingen lijken ons niet in lijn met de geest van het VN-verdrag.
B. Wij vermoeden dat een groot gedeelte van de WMO-gebruikers geen moeite zal hebben met het opbrengen van de extra kosten, maar dat er ook een substantieel aantal gebruikers van het WMO-vervoer is waarbij dit wel als een harde financiële klap aankomt.
En C. Het principe van maximering van WMO-vervoer voor mensen die fysiek niet in staat zijn het reguliere OV te nemen staat inderdaad haaks op gelijkwaardig en volwaardig deelnemen aan de samenleving.

B2 Bespreekpunten raadpleging Jeugdzorg (Door Wesley Pechler)


Dank voorzitter, en ook nogmaals dank aan iedereen die heeft bijgedragen aan de waardevolle raadpleging over de jeugdzorg in november. We leven in een gemeente waar 1 op de 7 kinderen gebruik maakt van een vorm van jeugdhulp. Aan de tafel met artsen waren kritische geluiden te horen over de hoeveelheid waarmee onze jeugd wordt gemedicaliseerd. De maatstaf waaraan iedereen in onze samenleving maar moet voldoen wordt steeds hoger, dus wordt een milde afwijking gelijk geproblematiseerd en behandeld. Het is tijd voor een maatschappelijke discussie over wat we accepteren als normaal gedrag - maar dat is niet iets dat we hier als Groningse gemeenteraad in ons eentje kunnen doen.

Binnen de systeemwereld van de jeugdzorg is er ook een andere kant: de kinderen en gezinnen die wel écht hulp nodig hebben, maar die in het huidige systeem ondersneeuwen. Meerdere malen worden hier de wachtrijen genoemd: “tijdens het wachten staat je leven stil en ga je alleen maar achteruit”. Wat kunnen we hier aan doen? Is het college het met de artsen eens dat urgentielijsten hierbij zouden helpen?

Betere communicatielijnen zouden hierbij sowieso verlichtend werken, zodat het snel duidelijk is waar hulpverleners met vragen terecht kunnen. Als Partij voor de Dieren staan wij positief tegenover het geopperde idee van één centraal telefoonnummer voor alle ondersteuners jeugd & gezin, en we horen graag hoe het college hier tegenaan kijkt.

Het systeem is gefragmenteerd: er zijn veel jeugdhulpinstanties die elk voor hun eigen kleine niche zorgen, en alles daarbuiten moeten doorverwijzen. Er zijn zelfs bedrijven die wel diagnosticeren, maar er vervolgens geen behandeling voor aanbieden. Kunnen we hier als gemeente paal en perk stellen?

Ook zouden wij graag een verlichting van de administratieve druk voor ouders zien. Welke rol kan de gemeente hier in spelen? Tijdens de raadpleging hoorden we indrukwekkende cijfers over de inzet van de praktijkondersteuner Jeugd bij de huisarts, waardoor het aantal doorverwijzingen met tientallen procenten was gedaald. Kunnen we in Groningen ook een grotere inzet van de POH Jeugd verwachten?

Mijn fractie is erg benieuwd naar de reactie van het college op het verslag van de raadpleging, en naar de algemene richting die het college op wil met de jeugdzorg in de toekomst.